oudwwijk
Digitaal erfgoed

Emigratie Winterswijkers

DE AFSCHEIDING IN WINTERSWIJK

Protesten tegen de al te verlichte invloeden in de kerk, nadat de Kerk na 1816 ondergeschikt was geworden aan het Staatsgezag versterkten de onrust in het land. Binnen de kerk was altijd al een spanning tussen het orthodoxe deel en de meer liberale tak van de kerk. Naast de godsdienstige redenen was er onvrede in de sociale onderlaag van de bevolking. In 1834 veroorzaakte Ds. De Cock in Ulrum een scheuring in de Nederduits Gereformeerde Kerk (de Staatskerk). Op andere plaatsen gingen predikanten voor in de strijd. 
Her en der in het land kreeg de Afscheiding aanhang. In het Gelderse vonden Ds. Van Raalte en Ds. Brummelkamp de nodige aanhangers in de Achterhoek. In Gelselaar-Geesteren kwamen in het geheim al spoedig een groep Afgescheidenen bijeen. Uit Winterswijk waren daar Evert de Roos en Aleida ter Raa (1) aanwezig. Geleidelijk aan organiseerden zij geheime bijeenkomsten in Winterswijk. 
Op de boerderij Honders (Kotten) van Evert de Roos had de Afscheiding echt wortel geschoten. De drie oudste kinderen uit het eerste huwelijk van Aleida ter Raa met wijlen Jan Esselink (1774-1826) verspreidden het geloof. Door de tochten van Evert de Roos en Aleida ter Raa naar Gelselaar leerde Johanna Geertruida Esselink (geboren 1821) de Fabrikant van spinnewielen en weefgetouwen Jan Meengs kennen en huwde op 1-9-1842 te Geesteren (Gld.). Het echtpaar emigreerde in 1871 met het schip Nevada naar de VS en vestigde zich in New Vriesland, staat Michigan. 
Jongere zus Anna Margaretha Esselink had toen al kennis gekregen aan Ds. J.W. te Bokkel (2). Hij was een leerling van Ds. Van Raalte, die in 1846 naar Holland, Michigan trok. Ds. J.W. Ten Bokkel werd op 16 juni 1844 lidmaat van de Christelijke Afgescheidene Gemeente te Winterswijk. Op 10 november hield hij zijn afscheidspreek en vertrok naar Ommen.
De jongste zoon Gerrit Esselink (geb. 1825) kwam op de boerderij Wissink te Geesteren terecht.
Kennelijk had de Afscheiding voldoende aanhang in Winterswijk. Vanuit Varsseveld 1837 de eerste impulsen richting Winterswijk gegeven. Ds. Brummelkamp was daar al regelmatig te prediken. Echter bijeenkomsten met meer dan 20 personen waren in die tijd verboden en in Varsseveld overtrad men dit regelmatig. Van heinde en ver kwam men naar Varsseveld en de predikant moest in 1837 en 1838 flinke boetes betalen. De Afgescheiden Gemeente betaalde hem 243,89 gulden terug. Vanaf 1841 kwam pas de vrijheid van vergadering. De eerste genotuleerde bijeenkomst van de Afgescheiden Gemeente in Winterswijk was op 12 december 1840, waarbij als ouderlingen uit Varsseveld Rademaker en A. Colenbrander aanwezig waren. Hierbij waren verder aanwezig G.W. Hesselink, G.J. Lieverdink, J.A. Wilterdink, G.W. Wilterdink, J.B. Oonk, H.J. Hesselink, E. de Roos, G. Elferink, J.A. Loomans, J.B. Sikkink, J.A. Sikkink, H.J. ter Borg, H.J. Ormel, A. Hesselink, G.J. Oonk en H.J. Wilterdink (3). 
K. Wildeboer uit Varsseveld stichtte op 6 april 1841 de Christelijk Afgescheiden Gemeente te Winterswijk, hoewel de notulen der Kerk hierover niets vermelden.
In januari 1842 werden de volgende personen gekozen om uit naam van de Gemeente te vergaderen. Zij waren E. de Roos, J.A. Wilterdink, G.W. Hesselink, J.B. Oonk en G.J. Oonk uit Kotten en H.J .Hesselink. G.W. Wilterdink was toen al diaken en G. Elferdink ouderling. Opvallend was de sterke vertegenwoordiging uit Kotten. In 1842 werden zelfs de bijeenkomsten gesplitst in een Kotten-bijeenkomst bij J.A. Wilterdink en een andere in Winterswijk.
Ten tijde van de oprichting kent de Gemeente 32 leden (4). In 1842 kocht E. de Roos een stuk grond genaamd ‘Zonnebrink’ tegen 235 gulden en in een clausule werd opgenomen ‘ dat hij het perceel voor zich en afgescheidene medeleden van de Hervormde Gemeente te Winterswijk had aangekogt, doch zich personeel voor den inhoud dezes contracts verbond en aansprakelijk stelde.’ Al spoedig werd er door Evert de Roos geld ingezameld om de bouw van een kerkgebouw te bekostigen. Met vereende krachten van een groot aantal leden kwam de bouw in 1842 tot stand (5). Een groot deel van de eerste leden kwam uit de buurtschap Kotten.
Op 17 september 1842 predikte Ds. Brummelkamp voor de eerste maal in de nieuwe Afgescheiden kerk(6).